Senegal - Reisverslag uit Brikama, Gambia van Sheila Borger - WaarBenJij.nu Senegal - Reisverslag uit Brikama, Gambia van Sheila Borger - WaarBenJij.nu

Senegal

Blijf op de hoogte en volg Sheila

04 December 2015 | Gambia, Brikama

Afgelopen vrijdag zijn we voor 5 dagen vertrokken naar Senegal. Met de auto (jeep) van de College zijn we met zijn zessen, een begeleider vanuit de college en een bestuurder vertrokken. De reis is niet helemaal vlekkeloos verlopen maar al met al wel erg leuk.
Het begon met de voorbereiding. De begeleider, Lamin, is bij ons thuis langs geweest en heeft verteld hoe de reis er uit zou komen te zien. Naar aanleiding hiervan zou hij een begroting maken met de kosten voor ons. Hierbij was verteld dat wij ook loon voor de Lamin en de bestuurder moesten betalen, wat heel logisch is. Ook het onderhoud voor de auto zou voor onze kosten komen, maar dan alleen de onderhoudskosten die gerelateerd zouden zijn aan de reis. Vonden we ook allemaal heel logisch aangezien het toch nog best wel een verre reis zou worden. Lamin zou dan zorgen dat de auto op tijd helemaal gefixt zou zijn. Donderdag zou hij dan contact met ons opnemen over wie, wat en waar de volgende dag. ’S Avonds hadden we echter nog steeds niks gehoord dus hebben we er maar achteraan gebeld. Toen kregen we de vraag of we niet een dag later konden vertrokken omdat een rapport voor de auto nog niet klaar was. Dat konden we niet omdat we woensdag alweer een nieuwe belangrijke afspraak hadden en we dus echt dinsdag weer terug moesten zijn. Dat was dus best wel een grote domper (raar woord eigenlijk, domper) op het begin van de reis. Na heen en weer bellen en de overtuigingskracht van Miriam zou Lamin dan toch bij de monteur langs gaan om te kijken of het rapport niet alsnog gefixt kon worden. Later op de avond zouden we dan horen of het toch nog mogelijk was. En het was gelukt! Dus, we konden alsnog op vrijdag weg. Lamin wou nog even langs komen omdat er nog het een en ander besproken moest worden. Ons goede voornemen om op tijd naar bed te gaan was daarmee ook van tafel, maar goed, we moesten er wat voor over hebben. Eenmaal hier bleek dat er extra kosten waren bijgekomen voor het onderhoud van de auto, zo’n 11.000 Dalasi (245 euro). Dat was volgens ons echter niet de deal en we vonden het dan ook niet eerlijk dat wij op moeten draaien voor kosten die niet onder gewoon onderhoud viel (er moest blijkbaar eigenlijk ook een nieuwe motor in de auto) en waar men na ons reisje dan alsnog profijt van zou hebben. Bovendien zijn wij met de opgestelde begroting akkoord gegaan. Na wat gediscussieer was hij het er wel soort van met ons eens en als we wilden betalen voor de extra kosten mocht dat, maar was niet verplicht. Eindelijk konden we naar bed.
Om half 5 ging de wekker al en rond 5 uur zijn we vertrokken. Met z’n achten en een buttload aan bagage zaten we in de auto gepropt. De twee mannen zaten voorin, op de achterbank zaten 4 meiden en achterin waren 2 bankjes die verticaal in de auto zaten. Hierop zat de bagage en de 2 overige meiden. Op de heenweg waren dit Anneke en ik. Rond half 7 waren we bij Banjul aangekomen om daar met de pont over te varen. We hadden het ‘geluk’ dat een gezelschap met muggen meereisde in de auto en we dus allemaal (ik vond het een slim idee om een korte broek aan te doen) helemaal lek geprikt waren eer we uberhaupt Gambia uit waren. Bij de pont aangekomen was het al hartstikke druk met auto’s die allemaal de pont op moesten. Per keer kunnen er denk ik zo’n 10 auto’s op de pont. Toen eenmaal de eerste pont ging begon ook iedereen voor de poort al te gassen dat ze naar binnen willen. De auto’s zijn hier over het algemeen hartstikke oud en stootten nogal wat stink uitlaat gassen uit, dus dat was ook erg prettig op de vroege ochtend. Wij konden niet meer mee op de eerste pont dus we moesten wachten totdat hij weer terug was. In de tussentijd hebben we maar vast onze Senegalse naam bedacht. Aangezien men daar Frans spreekt waren het dus Franse namen. Onze bestuurder, Alieu, heeft de toepasselijke naam Akon gekregen (Akon komt oorspronkelijk uit Senegal), de naam voor Lamin weet ik zo even niet meer, Christel heette Moulin Rouge, Miriam werd Lolita, Nienke Lanette Lanoir (iemand van een kinderserie, Angela Anaconda), Celeste weet ik ook niet meer, Anneke Christine le Duc (huehue) en ik werd Claire de la Lune.
Eenmaal aan de overkant in Barra was het nog zo’n half uur rijden naar de Senegaleese grens. Ik was weer even vergeten hoe makkelijk het eigenlijk reizen is in Europa zonder echte grensovergangen waar je je paspoort moet laten controleren. Het plan was om net over de Senegaleese grens naar het Safaripark Fathala te gaan. Lamin had ons echter verteld dat we beter in Senegal geld konden pinnen ipv in Gambia Dalasi’s te pinnen en die dan vervolgens om te ruilen. Bij de grens aangekomen vroeg hij ineens naar de Cefa’s (Senegalees geld) of we die klaar hadden liggen. ‘ Ehhh… Nee? Dat hoefde nog niet?’ Nee voor het Safaripark wel alvast. ‘….’ En met onze positieve Europese instelling dachten we wel even geld te pinnen bij de grens overgang want daar zullen ze vast wel een ATM machine hebben. Niet dus. Conclusie was dat we daarom niet naar het safaripark konden, maar de laatste dag op de terug weg konden we dan wel gaan. Het nieuwe plan was nu dan ook om regelrecht naar Dakar te rijden. Ook hadden we te horen gekregen dat we niet naar de grootste Moskee van Senegal (Touba, wordt gezien als tweede Mekka) konden omdat op 1 december de bedevaart (weet niet of het officieel zo heet) begint en 3 kwart van Senegal daar dan heen schijnt te gaan. We vonden het erg jammer dat we niet konden, maar om nou in de drukte te gaan was ook niet zo wat. Het originele plan was om hier de laatste dag heen te gaan, dus nu konden we mooi dan naar het Safaripark.
De route naar Dakar was ongeveer 6 uur rijden. Al vlak na de grens werden we al 2 keer stil gezet door de politiecontrole. Blijkbaar is Senegal nogal corrupt wat dat betreft dus kan je alleen verder rijden als je betaald. 1 van de agenten kwam ook de halve auto controlen (jaja, zelfs het brandblussertje werd de dop vanaf gehaald) of alles wel in orde was. Volgens Lamin gebeurt dit om gewoon een stomme reden te vinden om geld uit je zakken te kloppen. Toch wel apart om het dan in het echt mee te maken. Na een uur over de grens kwamen we op een half asfalt half zandweg uit. We hadden al lopen grappen over de Dakarrally maar dit had er zo onderdeel van kunnen zijn volgens mij. Mijn god. Dat zat echt niet chill achterin. Vooral ook omdat Alieu denk ik wel met zo’n 100 km/h over heen reed. Je zag ook niks dan zand opstuiven waar je ook keek. Na zo’n 3 kwartier op die weg gereden kwamen we gelukkig weer uit op een normale weg. Ze vinden het wel in Senegal een goede idee om op de kilometer ongeveer een drempel neer te leggen. En dan ook echt een drempel waar je zacht overheen moet rijden anders mol je je auto. Ik snap het ook wel, iedereen rijd daar zo hard als ie wil dus je moet iets doen om de snelheid een beetje te beperken. Ze doen daar ook niet aan snelwegen oid. Alles is gewoon 1 dezelfde lange weg. Soms kom je gewoon door dorpjes heen en dan rijd je weer over een kale vlakte.
Aangekomen bij de tweede pont moesten we wederom even wachten. De natuur daar was echt heel mooi om te zien. Het was een kale vlakte met wat eerst water was (en waar wij dus over gingen nog wel water was, duh). Daar op de boot bleken ze ineens mandarijnen te verkopen! Ik ben nog nooit zo blij geweest om mandarijnen te zien. Helaas hadden we onze Cefa’s nog niet dus Lamin heeft ons op een zakje getrakteerd. ’s Avonds kwamen we aan in Dakar. In eerste instantie leek het of we weer even in Europa terug waren, heel anders dan Gambia. Dakar is in dat opzicht best Westers, alleen de helft van de huizen is ooit aan begonnen met bouwen maar nooit afgemaakt. Na wat zoeken waren we dan bij het appartement aangekomen. Het was echt zo super luxe daar, heel onverwacht. De kamer deelde je met z’n tweeen en alle kamers hadden een eigen badkamer. Iedereen had een aangrenzende badkamer, alleen Anneke en ik moesten de hal oversteken.
Vlak daarna wilden we even wat wcpapier halen bij het winkeltje tegenover het appartement toen we de vraag kregen of we eten wilden kopen voor de twee mannen. Nogal verbaasd reageerden we dat we alleen even wcpapier wilde halen en geen eten. Toen begonnen we ons ineens af te vragen of het de bedoeling was dat wij alle voedsel/drinkkosten voor de mannen moesten betalen. Na terug komst hebben we het er maar even over gehad wat nou de bedoeling was. Bleek dus dat het de bedoeling was dat wij dat inderdaad moesten betalen, terwijl wij hadden begrepen dat dat onder de allowance van de mannen viel. Dat was niet het geval en Lamin dacht dat dit aan ons verteld was door iemand anders, wat dus niet het geval was. Hier waren we een beetje pissed over want het was weer een communicatiefout en we vonden het nogal apart omdat hij alles met ons besproken zou moeten hebben en er niet van uit had moeten gaan dat dit iemand anders verantwoordelijkheid was. Wat ook heel lastig was, was het feit dat wij geen idee hadden van de prijzen van het Senegaleese eten. De volgende dag zouden we er verder over praten, want eerst wilden we uit eten en we zouden dan een maaltijd voor de mannen betalen. De huiseigenaar liep met ons mee naar een restaurant en hij zou het eten voor de mannen regelen en mee naar huis nemen. Na lang wikken en wegen zijn we uitgekomen bij een soort McDonalds restaurant waar je je eten zelf mee naar boven kon nemen om het daar op te eten. Daar hebben we goed kunnen lachen om het feit dat Christel onderuit was gegaan waardoor haar friet half op de grond was gevallen. Ook dacht ze dat haar rietje op de grond was gevallen dus die had ze maar weer opgepakt. Eenmaal aan tafel viel het mij op dat niemand een rietje had behalve zij. Als reactie hierop zei ze dat ze dus gevallen was en dat haar rietje ook op de grond was gevallen, dacht ze. Met nadruk op dacht ze. Je raad het al, ze heeft een random rietje van de grond meegepakt en heeft daarmee gedronken. Ze heeft hem uiteindelijk toch maar weer uit haar drinken gehaald.
De volgende dag zijn we naar het eiland Goree gegaan wat naast Dakar ligt. Voor de verandering gingen we hier heen met een pont. Goree was een heel mooi eiland, ook weer heel anders dan Dakar. Het deed mij heel erg denken aan een zuid Europees land. Gekleurde huizen, klimop planten er tegenaan, een berg oplopend keienpad. De vrouwen op het eiland waren wel ronduit irritant. Ze sleurden je letterlijk mee naar hun winkeltje en als je even aan het kijken was stonden er al weer twee anderen om je heen om te vragen of je ook naar hun winkeltje kwam. Ik werd er echt even gek van en ben samen met Celeste even weggelopen. Ook hing het bergpadje helemaal vol met allerlei schilderijen die je kon kopen, echt heel mooi om te zien. Het gaf ook een heel vrolijk sfeertje.
Boven op de berg waren allemaal verkopers die Afrikaanse beelden verkochten. De anderen wilden allemaal graag van die beelden hebben dus die daar wat afgekocht. Ikzelf ben niet zo’n fan van Afrikaanse beelden dus ik heb daar niks gekocht. Als je terug de berg af liep kwam je weer langs de schilderijen en ik vond 1 toch wel heel mooi. Dus na wat afdingen had ik een redelijke prijs, maar ik wou toch voor een andere kleur gaan (er waren 2 varianten). Daar ging de man moeilijk over doen, dus wispelturig als ik kan zijn (ja, ik ben nog steeds een vrouw) besloot ik om op een ander schilderij af te gaan dingen die nog groter en mooier was. Uiteindelijk had ik er nog redelijk wat af weten te krijgen maar het bleef me toch nog net te duur. Inmiddels waren Celeste en Nienke er ook bij komen te staan en zij zeiden dat ik het gewoon moest doen. Omgerekend was het dan 22 euro voor het schilderij en in Nederland zou je er sowieso veel meer voor betalen. En bovendien was hij wel echt heel mooi. Dus ik ben toch overstag gegaan en heb het gedaan. Ze halen het doek dan van het hout af zodat je het doek opgerold mee kan nemen. Ik helemaal blij.
We moesten toch wel erg haast gaan maken want de pont zou zo vertrekken. Eenmaal helemaal beneden aan bleek de pont al weg dus hebben we besloten maar uit eten te gaan op het eiland. De eigenaresse van het restaurant bleek ook een winkeltje met beelden te hebben die ze vrij goedkoop aanbood. De andere meiden, vooral Miriam, zijn daar nog even losgegaan.
Zondag was het Annekes verjaardag. Met de andere meiden had ik het idee al geopperd om een lekkere taart voor haar te halen zodat ze toch nog wat lekkers had. Celeste en Nienke zijn ’s ochtends de taart in het geheim gaan halen (al was het niet helemaal geheim meer aangezien Anneke mee wou. Toen hebben ze maar gezegd dat dat vandaag niet mocht). Dus daarna hebben we ontbeten met chocoladetaart en croissantjes. Daarna zijn we vertrokken naar een Renessaince monument ook in Dakar zelf. Dat was vlak naast de zee dus je waaide half weg. De mannen wilden graag een groepsfoto die zo’n man dan gelijk zou ontwikkelen. Anderhalf uur later had de man eindelijk de foto dan eens ontwikkeld. Vandaar uit zijn we naar de markt gegaan en daarna zouden we naar een shoppingcentre gaan. Ik had er al een beetje mijn twijfels bij hoe shoppingcentre-achtig het shoppingcentre echt zou zijn. Daar aangekomen bleek het heel klein te zijn en alles was dicht. De markt was ook wel oke. Ook hier wilde iedereen wat van je. Op een gegeven moment werd het me echt even teveel, gewoon het constant met anderen om je heen zijn. Op dat soort momenten merk ik dan echt dat ik even tijd voor mezelf mis. Ik had het dus eigenlijk best wel gehad en wilde gewoon naar het appartement terug. De anderen waren het hier ook wel mee eens dus we zijn weer terug gegaan.
De volgende ochtend vertrokken we op tijd richting de woestijn. Dit zou ook nog wel een aardige rit worden, en met alle gekochte souvenirs was de auto nog voller als dat het eerst was. Rond 2 uur ’s middags kwamen we aan bij de woestijn. De weg er naar toe was ook heel mooi om te zien. Hele stukken met steppe om je heen. Op een gegeven moment ook een net verongelukte vrachtwagen, dat was iets minder om te zien. Het laatste stukje echt de woestijn in gingen we met een jeep. Het begon al goed met een tak van een boom die ik tijdens het rijden vol tegen mijn hoofd aan kreeg, lekker lomp. Tot 5 uur hadden we de tijd om te doen wat we wilden en dan zouden we kameel rijden. Eerst zijn we met z’n allen de woestijn een beetje gaan verkennen. Celeste en ik zijn daarna gaan sandboarden, althans, een poging tot. Doordat het nog niet zo lang na het regenseizoen is was het zand nog te vochtig waardoor je board zich gelijk in het zand groef. Zittend op het board ging het nog wel redelijk goed zolang je maar genoeg naar achteren boog. Wel was het echt heel vermoeiend om telkens de zandberg op te klimmen. Voor iedere stap die je deed gleed je weer een halve stap naar achteren. Dat gecombineerd met de hitte is niet een hele chille combinatie. Na een aantal keer proberen (en onderuit gaan en achteruit koprollend naar beneden rollen) besloten we om op onze zij naar beneden te rollen. Het plan was om gelijk van de hoge heuvel (25 meter hoog ongeveer) af te gaan maar we besloten toch om het eerst maar van een wat lagere heuvel (5 meter) af te gaan. Dat was opzich wel slim want je maakte toch nog best veel vaart. Gevolg was wel dat we echt compleet onder het zand zaten en echt ieder gedeelte van je lichaam ook. Doordat het klimmen zo vermoeiend was zijn we weer terug gegaan naar de tent. Hier hebben we met z’n zessen een goed gesprek gehad, en voor sommigen emotioneel, na aanleiding van de vraag ‘ wat was je eerste indruk van iedereen en in hoeverre klopt die nog’. Wel grappig om te horen hoe ze dan eerst over je dachten en hoe nu. Tot slot hebben we nog gescrabbeld (bij gebrek aan anderen spellen) en rond half 7 waren dan eindelijk de kamelen daar.
Wat ook nog wel even interessant is om tussendoor te vertellen is dat in Senegal een gewone Europese supermarkt was. Hier zijn we helemaal los gegaan allemaal. Anneke en ik hebben kaas, worst, koekjes, chips etc. ingeslagen. Ik voor mijzelf een blik zuurkool stampot. Even aan mijn stampot behoefte voldoen. Onderweg naar de woestijn hebben we allemaal lopen bunkeren alsof ons leven ervan af hing. Ook tijdens het scrabbelen heb ik nog door lopen schranzen. Gevolg was dat ik me vlak voor het kameel rijden al een beetje misselijk voelde, maar ik wilde wel echt graag ook kameelrijden.
Samen met Celeste zaten we samen op een kameel. Ik zat in het stoeldingetje voorin en Celeste op een zak erachter. Op de hele kameel komen was al een hele bevalling. Moest je half op z’n nek gaan staan en jezelf dan in dat stoeltje hijsen en in het midden tussen je benen zat nog een soort tussenschot. Ik was niet helemaal goed op de nek van dat beest gaan staan dus mijn voet gleed half weg waardoor ik half in het zitje nog maar zat en met de rest van mijn gewicht vol op de jongen hing die mij erin hielp. Uiteindelijk hebben ze met 2 man mij er half nog in weten te tillen. Het zitten was alles behalve comfortabel. De randen van het tussenstukje waren heel scherp en sneden vol in mijn bovenbenen. Celeste had allemaal touwen over de zak waar zij op zat lopen waar ze dus ook half op zat. Ook niet echt comfortabel. Toen moest de dromedaris (was trouwens helemaal geen kameel) omhoog komen. Dat gaat ook heel soepel. Ahum. Tijdens het lopen schud je best heen en weer. Vooral als je een heuvel af loopt zakt de dromedaris heel erg naar beneden met zijn voorpoten waardoor je heel erg naar voren glijdt. Ik was dus ook wel blij dat het ritje maar 20 min zou duren. Maar het was wel leuk om het eens gedaan te hebben. Eenmaal van het beest af wilde iedereen nog op de foto met ze alleen ik voelde me echt heel misselijk dus ben terug gegaan naar de tent.
En ja hoor, een uur later ofzo moest ik kotsen. Dat was vlak voor het avondeten dus daarna ben ik naar de andere meiden gelopen omdat ik me weer wat opgelucht voelde. Daar aangekomen gingen ze net eten. Ik had totaal geen honger en na het zien van een volledige krab voor iedere persoon die werd opgeschoteld had ik al helemaal geen honger meer. Ik voelde me toch weer wat minder en ben weer terug gegaan naar de tent waar het weer feest was. Daarna ben ik maar naar bed gegaan met zandkleren en al. Rond een uur of 10 kwam Celeste ook naar bed omdat ze zich ook niet goed voelde. 1 ding wat ik heel graag in de woestijn wilde zien was de sterrenhemel. Uiteindelijk heb ik 5 minuten gekeken gewoon omdat het lichamelijk niet meer ging, maar van wat ik heb gezien was er echt heel veel te zien! Samen zijn we tot de conclusie gekomen dat het niet lekker voelen door het schranzen kwam en misschien dat we niet meer gewend zijn aan zoveel suiker en stuff. Uiteindelijk heb ik nog de hele nacht lopen spoken en tenslotte hoorde we vanuit de andere tent dat het daar ook niet helemaal goed ging met Nienke. Daar kwam ook alles er weer uit.
De volgende dag zouden we dus op de terugweg langs het safaripark terugrijden. Ik had voor mijzelf al besloten dat ik dan in de auto zou wachten omdat ik me zo bagger voelde. Tijdens het ontbijt hebben de anderen besloten dat we een andere dag naar het safaripark gaan omdat het toch vlak over de grens ligt omdat Miriam zich ook niet helemaal fit voelde. Die ochtend zat ik er echt even helemaal door heen. Het bed was ook nog eens keihard geweest dus ik had de hele nacht op mijn zij gelegen (op buik is niet heel chill met buikpijn) dus mijn heupen waren ook nog eens bont en blauw en ik was zo moe en uitgeput. Op dat moment wilde ik echt gewoon graag thuis zijn. Maar goed, je kan niet alles altijd hebben zoals je wilt en we moesten toch echt terug. De terugweg was niet zo’n succes en ik heb dan ook veel geprobeerd te slapen. Rond 9 uur ’s avonds waren we dan eindelijk thuis en ben ik gelijk mijn bed ingedoken.
2 dagen later hadden Christel en Celeste precies hetzelfde als ik en Nienke gehad hadden, dus we denken dat het misschien toch een virus is. Maar het gaat nu gelukkig alweer wat beter met iedereen.
Al met al ging de reis niet helemaal zoals gepland en was de afsluiting verre van ideaal, maar ik vond het zeker een geslaagde reis 

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Gambia, Brikama

Minor ISD Gambia

Ik heb er lang over getwijfeld of ik een blog wil bijhouden. Ik ben niet zo een 'mijn social media hou ik ge-update'-mens en bovendien wist ik niet of ik wel wilde dat iedereen mee kon genieten van mijn leven daar. Ik zie dit best wel als een dagboek wat dan toch openbaar wordt. Toch heb ik er voor besloten om het wel te doen. Zelf vind ik het altijd wel interessant om andermans soort gelijke verhalen op zo'n manier te lezen. Bovendien is dit een makkelijke manier om iedereen geupdate te houden en hoef ik niet 85 x hetzelfde verhaal persoonlijk aan iedereen door te chatten! (Jaja, ook gemak speelt een grote rol, haha!) Ten slotte was een doorslaggevende reden voor mij het feit dat ik zelf later op deze manier herinneringen op kan halen door simpelweg deze 'blog' te lezen. Ik weet niet hoe goed ik alles bij ga houden en hoe interessant het wordt, maar het begin is er in ieder geval!

Wat veel gestelde vragen so far:
Hoe lang ga je weg? van 25 september tot 18 januari 2016
Waarom ga je deze minor doen? Ik ga deze minor doen omdat ik altijd al naar het buitenland heb gewilt en dit is de perfecte kans! Wanneer ik straks een relatie heb en baan, huis etc. denk ik dat je toch minder snel geneigd bent om voor een langere periode naar het buitenland te gaan.
Wat houdt de minor in? De minor heet International Sustainable Development. Ik ga in Gambia 20 weken meelopen in een Health Centre. 10 weken op de kraamafdeling en 10 weken op de kinderafdeling. Mijn persoonlijke doel is om meer te weten te komen hoe men leeft in zo'n totaal andere cultuur en om beter met cultuurverschillen om te gaan. Bovendien denk ik dat het een goede reminder is om te zien hoe goed wij het hier in Nederland eigenlijk wel niet hebben. Daarnaast ga ik een aantal dagen in de week meedoen aan een project gericht op de grote vluchtelingenstroom naar Europa. De bedoeling van dit project is om de bevolking daar bewuster te maken dat Europa niet het beloofde land en de oplossing is.
Is Gambia niet gevaarlijk? Nee Gambia is niet gevaarlijk.
Waar ga je verblijven? Op de campus van de universiteit daar.
Moet je alles zelf betalen? Ja, ik betaal alles zelf, niks geen beurzen helaas!
Vind je het eng? Nee, valt eigenlijk wel mee. Ik denk dat ik het in het begin wel even lastig ga krijgen vanwege de andere taal (men spreekt er sort of Engels van wat ik begreep) en omdat alles natuurlijk nieuw en anders is, maar ik heb er eigenlijk best veel zin in!

Recente Reisverslagen:

04 Januari 2016

Feestdagen etc.

04 December 2015

Senegal

26 November 2015

Nummer funf

26 November 2015

Nummer funf

09 November 2015

Nummer 4 alweer
Sheila

Op het moment ben ik derdejaars HBO verpleegkunde student aan Windesheim in Zwolle. Voor de minor die ik heb gekozen ga ik ongeveer 4 maanden naar het buitenland. Gambia! Ik ga hier samen heen met 5 andere meiden van verschillende studies, waarvan 1 vriendin/huisgenoot/klasgenoot Anneke is.

Actief sinds 29 Aug. 2015
Verslag gelezen: 349
Totaal aantal bezoekers 7104

Voorgaande reizen:

25 September 2015 - 18 Januari 2016

Minor ISD Gambia

Landen bezocht: